Bij die boom stap ik af. Ze
bekijken het maar. Het blijft maar stijgen, het houdt niet
op. M'n hoofd lijkt een snelkookpan in de kokende zon. Het
is 30 graden. Waar is die boom? Ik stop gewoon bij de
volgende. Ze bekijken het maar met dat klassiekerbrevet. M'n
benen kunnen niet meer… alsof iemand er tegenaan staat te
beuken. Ze bekijken het maar… Ik zie geen boom meer, ik ben
boven.
”Hij is gek”,
zei een van de zwoegende rijders in de slotklim van de
Rosier tegen me. Hij wees naar zijn vriend die iets voor hem
reed. “Hij zei dat de Waalse Pijl een goede voorbereiding
was op Luik - Bastenaken - Luik… De malloot.” Zijn woorden
kwamen er hortend en stotend uit. Hij zat kapot, net als de
meeste mensen op de Rosier. Er werd nog maar weinig gepraat.
Iedereen zwoegde naar boven. De Waalse Pijl was zwaar. “Het
is de zwaarste tocht van de Benelux”, zei de man van de
organiserende vereniging 'Cyclo Spa' niet zonder trots.
Lachend zette hij de laatste stempel op mijn controlekaart.
Ik weet niet of 'De Waalse Pijl' echt de zwaarste tocht van
de Benelux is. Ik heb ze niet allemaal gereden, maar van de
klassiekers die ik in de Benelux heb gereden, vond ik 'De
Waalse Pijl' absoluut de zwaarste.
Geen muur
De fietser op
de Rosier had in zoverre gelijk dat de Waalse Pijl als
voorbereiding geldt voor Luik - Bastenaken - Luik. Maar dan
voor de profs. Zij rijden deze semi-klassieker de woensdag
voor 'La Doyenne'. Toerrijders kunnen dat beter niet doen,
want de toerversie van de Waalse Pijl is heel wat zwaarder.
Niet alleen zitten de bekende klimmen van Luik - Bastenaken
- Luik er in, zoals de Redoute, de Wanne en de Rosier, maar
ook nog eens de Stockeu en de Thier de Coo, de twee zwaarste
beklimmingen van België. Opvallende afwezige is de Muur van
Huy die bij de professionals een prominente rol speelt. We
reden op een gegeven moment slechts 10 kilometer van Huy,
maar de Muur deden we niet aan. De oorzaak hiervan ligt in
de geschiedenis.
De Waalse Pijl ontstond in 1936, toen twee Brusselse
journalisten met het idee kwamen een wielerwedstrijd te
houden tussen de twee Waalse steden die het verst uit elkaar
lagen: Tournai en Luik. Dat idee hield slechts drie jaar
stand. Sindsdien kende het parcours talloze wijzigingen.
Elke Waalse stad heeft wel eens als vertrek- of
aankomstplaats gefungeerd. Pas in 1983 werd Huy als
finaleplaats geïntroduceerd en dat is sindsdien zo gebleven.
De toerversie van 'Fleche de Wallonie' dateert echter van
1978. Toen reed de Waalse Pijl nog van Verviers naar
Verviers, de buurgemeente van Spa. De routewijziging van de
profs, plaatste de organiserende organisatie 'Cyclo Spa'
voor een probleem, maar ze kwamen er uit. Ze maakten een
parcours rondom Spa met hetzelfde karakter als de
profversie. Dat betekende dus forse klimmen en mogelijkheden
hiertoe waren er genoeg rondom Spa en Stavelot.
Rotberg
Opvallend aan
de tocht die op 31 mei 2003 werd verreden was de grote
hoeveelheid buitenlanders die meereed. De Belgen waren
veruit in de minderheid. Onderweg kwamen we van alles tegen:
Duitsers, Denen, Noren, Zwitsers, Fransen en natuurlijk
Italianen.
Het beschrijven van de tocht komt al snel neer op een
opsomming van bergen. Ik beperk me daarom tot slechts een
paar van die puisten. Zo doemde na 17 kilometer La Redoute
al op. Twee keer had ik die berg al beklommen en beide keren
was dat niet in één keer gelukt. Telkens moest ik halverwege
even op adem komen. Maar nu moest het lukken. Die rotpuist
was van mij. Het was zeven uur 's ochtends en nog mistig. De
weg was nat van de onweersbui van de nacht ervoor. Ik ging
onder het bruggetje bij Remouchamps door, spaarde me op het
eerste deel en kwam vol goede moed bij het eerste steile
stuk. Zonder naar de kleinste versnelling te schakelen - die
was voor noodgevallen - was ik voor ik het wist het eerste
steile stuk voorbij. Ik reed rustig door, zodat ik op adem
kon komen. Toen het laatste stuk. Ik lachte naar de
fotograaf die boven stond. Het was gelukt.
Maar La Redoute sloeg meedogenloos terug. De afdaling -
rechtsom en niet zoals bij Luik - Bastenaken - Luik linksom
- lag bezaait met steenslag. Ondanks de 8 bar in mijn
banden, reed ik binnen een kilometer twee keer lek. Eerst de
voorband, vervolgens de achterband. Rotpuist.
Apotheose
De apotheose
van de Waalse Pijl ligt tussen de 175 en de 180 kilometer.
Eerst krijg je de Stockeu voor je kiezen, vervolgens de
Wanne en tenslotte de Thier de Coo. Een bijna misdadige
opeenvolging van martelingen. De Stockeu is een muur die
niet ophoudt. Het is klauteren en klimmen tegen percentages
tot 20 procent. Pas na een kilometer wordt de Stockeu weer
vlakker om vervolgens weer omhoog te gaan. Toch bleef het
merendeel van de mensen op de fiets zitten. Een enkeling
liep. Ze betaalden de tol op de Wanne. Dat is op zich een
minder zware berg, maar met de Stockeu in de benen, was het
voor velen een te zware opgave. De mensen stapten bij bosjes
af. Ik wist die neiging gelukkig te weerstaan.
Toen nog de Thier de Coo, persoonlijk vond ik dat de
zwaarste klim. Het is een smal pad het bos in. De eerste
kilometer is ook hier een klauterpartij tegen percentages
tot 15 procent, maar het venijnige komt daarna. De klim
wordt even wat vlakker met 9 procent om na een bocht nog
eens met 20 procent omhoog te gaan. De organisatie maakte
het wat makkelijker om na dat steile stuk een controlepost
te plaatsen. Hierdoor kon je op adem komen voor de laatste
kilometer van de klim, die overigens wat minder steil was.
Bij Luik - Bastenaken - Luik mag je de laatste dertig
kilometer afdalen. Bij de Waalse Pijl moet je in de laatste
25 kilometer ook nog eens de Haute Levee en de Rosier
bedwingen. Dat gebeurde op het tandvlees, want de Waalse
Pijl is wat betreft zwaarte een vijfsterren klassieker.
Overigens ook wat betreft de organisatie en de omgeving.
Alleen wat minder geschikt als voorbereiding op Luik -
Bastenaken - Luik.
De beklimmingen van de Waalse
Pijl |