2004. Fietsen over wegen als de
Koninklijke Baan en de Zwarte Kiezel, beklimmingen van de
Rode Berg en de Zwarte Berg. Wie Gent - Wevelgem fietst,
waant zich in een album van Suske en Wiske. Twaalf
Championners beleefden 20 juni hun versie van het
stripalbum. Ze wrongen tegen de woeste wind om uiteindelijk
de confrontatie aan te gaan met de Verschrikkelijke Kemmel.
Koersen in
een Carrousel. De wind trok in de kuststreek fors aan,
waarop het groepje waarin ik reed besloot een 'carrousel' op
te zetten. Ik had er nog nooit van gehoord, maar het houdt
in dat je fietst in een waaier, waarbij degene die op kop
rijdt zich vrijwel direct terug laat vallen. Zo voelt het
alsof je amper tegen de wind in hoeft te beuken. Het duurde
even voor ik het snapte, maar toen vormden we met z'n achten
een mooie carrousel. Totdat steeds meer mensen zich bij ons
aansloten. “Ze rijden ons karretje in de poep”, zei Klaas
Aay en Gerrit van Loo was er van overtuigd dat we met een
ruit op het middenveld fietsten. Kortom, de carrousel lag in
duigen.
Westvleteren
Twee uur
eerder waren we uit Deinze vertrokken, waar we de eerste
zestig kilometer reden door de bossen rondom Brugge. Het was
een mooie route langs rustige wegen, waarbij we veel moesten
draaien en keren. Onze enige tegenstander was de westenwind
die ervoor zorgde dat we in een groep reden die allengs
aangroeide tot ongeveer 150 mensen. Totdat Gerrit van Loo
het op zijn heupen kreeg en op de kasseienstrook van de
Oosternieuwweg - het eerste obstakel dat we tegenkwamen -
fors doortrok. De een na de ander dwarrelde van de groep,
zodat we aan het einde van de kasseistrook nog maar met
twintig mensen reden.
Vanuit de eerste controle op het Koninklijk Plein van De
Haan reden we langs de kust naar Westvleteren, wereldberoemd
van het vermaarde trappistenbier van de plaatselijke abdij.
De harde wind en de open vlakte noopte tot het opzetten van
de carrousel, maar op drie eenvoudige kasseienstroken na
kwamen we verder geen enkel obstakel tegen. Donald van
Sprang wist in Westvleteren - op 144 kilometer - te melden
dat we tot dan toe maar liefst zeventig hoogtemeters hadden
bedwongen.
Zindering
Gent -
Wevelgem had tot dan toe meer weg van een donderdagtochtje
dan een klassieker. Maar het ergste moest nog komen. In de
nog resterende tachtig kilometer moesten we de confrontatie
aangaan met de Zinderende Zwarte Berg en de Rover van de
Rode Berg. We moesten de Marteling van de Monteberg aangaan,
maar vooral de Verschrikkelijke Kemmelberg deed ons
huiveren. De Kemmel is berucht; kort, steil en met een
levensgevaarlijke afdaling. De profs weigerden er verleden
jaar in de Driedaagse van De Panne overheen te rijden. Te
gevaarlijk. Gerrit van Loo relativeerde het. "Ach, je kunt
de Kemmel het best vergelijken met een hoge vluchtheuvel."
Na 167 kilometer kwam de Zinderende Zwarte Berg. Hoewel het
met die zindering wel meeviel: 1700 meter van 5 procent met
een maximum van 10 procent. Toch liet ik me uit de groep
vallen om me te sparen voor de Verschrikkelijke Kemmel. De
Rode Berg ontging me, maar Donald van Sprang wist me
achteraf te vertellen dat het lichte klimmetje direct na de
Zwarte Berg de Rode Berg heette. De Marteling van de
Monteberg bracht me in 1000 meter via een gemiddelde van 7,3
procent naar een hoogte van 115 meter. En direct daarna lag
hij dan eindelijk, de Verschrikkelijke Kemmelberg; een brede
kasseienweg met een maximum van 20 procent.
De verschrikking bestond er echter vooral uit dat ik moest
manoeuvreren tussen ruim honderd motorrijders die zich aan
de voet van de Kemmel hadden verzameld. Eenmaal daar voorbij
begon de weg ook te stijgen, maar net toen ik wilde
aanzetten was het alweer over. Het was inderdaad een flinke
vluchtheuvel. De Kemmel is ongetwijfeld een zware berg bij
regen, maar nu een anticlimax.
Gouden Carolus
Bij de
controle in Kemmel, ontmoette ik de rest van de groep weer.
We reden de laatste 30 kilometer in vliegende vaart naar
Wevelgem, waar we konden genieten van de Gouden Carolus.
Donald vertelde nog dat het aantal hoogtemeters was
opgelopen tot 540 en mijn fietscomputer leerde dat we een
gemiddelde hadden gereden van meer dan 30 kilometer per uur.
Gent - Wevelgem is voor een klassieker misschien te licht,
maar het is een fantastische tocht, door een mooie omgeving
en met een perfecte organisatie. Een aanrader voor iedereen
die de sfeer van een klassieker wil proeven, maar opziet
tegen het zware werk.
|